Israëls nietsontziende oorlog tegen de kinderen van Palestina

De begrafenis van de 5-jarige Alaa Qaddum, gedood door een Israëlische luchtaanval in het belegerde Gaza. - foto: Mahmoud Ajjour, The Palestine Chronicle
De begrafenis van de 5-jarige Alaa Qaddum, gedood door een Israëlische luchtaanval in het belegerde Gaza. - foto: Mahmoud Ajjour, The Palestine Chronicle

Als je in Palestina geboren bent, doet je leeftijd er niet toe: een kind van 6, 8, 11 of 14 jaar wordt net zo getreiterd, vernederd en vervolgd als de volwassenen. Elk jaar worden honderden Palestijnse kinderen in de gevangenis opgesloten. Zij zijn de enige kinderen ter wereld die systematisch worden vervolgd door militaire in plaats van civiele rechtbanken. Het zijn er jaarlijks tussen de 500 en 700. De meest voorkomende aanklacht is het gooien van stenen, waarvoor de maximumstraf 20 jaar gevangenis is. In 2022 waren er eind november al minstens 34 Palestijnse kinderen doodgeschoten door het Iraëlische leger of kolonisten.


“De mensheid is het kind het beste verschuldigd dat het te geven heeft.” Preambule, VN Verklaring van de Rechten van het Kind (1959)

Meer dan de helft van de bevolking van de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook is jonger dan 18 jaar; men kan zelfs met een gerust hart zeggen dat de helft van de bevolking van de bezette Westelijke Jordaanoever en de belegerde Gazastrook kinderen zijn. Wie oorlog voert tegen deze twee gebieden, door middel van sloop van huizen, arrestaties zonder proces, shoot-to-kill beleid en vernedering, voert oorlog tegen kinderen.

Soms achtervolgen hele militaire brigades van het Israëlische leger, vergezeld van elite-eenheden, grenspolitie en politie een jongen en doden hem in de meeste gevallen of arresteren hem in het beste geval.

Als er iets is veranderd in de afgelopen jaren in wat de Verenigde Naties eindelijk de kolonisatie van Palestina wilden noemen, dan is het wel de intensivering van het Israëlische shoot-to-kill beleid. En hoewel velen van ons begrijpen dat de nieuwe Israëlische regering het beleid van de vorige regeringen niet zal veranderen, kan men verdere brutalisering verwachten in de oorlog tegen de kinderen van Palestina.

Terwijl ik deze column schrijf, bereiken ons de berichten over de moord door Israëlische soldaten op Fulla Rasmi Abd al-Aziz al-Musalamah. Zij was op weg om haar 16e verjaardag te vieren. Ze zat met anderen in een auto in de buurt van Beitunia, toen de soldaten zonder enige aanleiding het vuur openden op de auto en haar doodden. Het behoeft geen betoog dat de Israëlische krant die over het “incident” berichtte, de bestuurder de schuld gaf en niet eens de moeite nam haar naam te noemen.

Het doden van kinderen is geen nieuw aspect van het Israëlische beleid ten aanzien van de Palestijnen. Tegen april 1948 begon de militaire leiding van de zionistische strijdkrachten haar beleid ten aanzien van de bevolking die overbleef in de dorpen die zij tijdens de etnische zuivering van 1948 bezette, duidelijker te strategiseren. Een van haar duidelijke richtlijnen was het doden of naar een gevangenenkamp sturen, naar goeddunken van de commandant ter plaatse, van “mannen in gevechtsleeftijd”. Het bevel definieert duidelijk wat onder mannen wordt verstaan: iedereen boven de tien jaar.
Na 15 jaar blokkade worstelen 4 van de 5 kinderen in Gaza met depressie, verdriet en angst.
Na 15 jaar blokkade kampen 4 van de 5 kinderen in Gaza met depressie, verdriet en angst. 

Zoals elk destructief Israëlisch beleid sinds de massale verdrijving en moorden van 1948, werd een nieuwe methode van stapsgewijze actie en beleid de norm. Het is een zeer bedrieglijk beleid, want wie je ook wilt waarschuwen, wordt af en toe geconfronteerd met een moord op één of twee personen, en de verbanden worden niet gemakkelijk gelegd om tot een vernietigende aanklacht te komen. Dat was zo in het begin van de jaren vijftig, maar sindsdien zijn de aantallen natuurlijk enorm en is dit incrementele doden veel zichtbaarder.

In november 1950 schoot het Israëlische leger drie kinderen van 8, 10 en 12 jaar uit het dorp Yalo dood, terwijl het Israëlische commando in 1952 in Beit Jalla vier kinderen van 6 tot 14 jaar vermoordde. Een jaar later was er onder de vijf herders die de Israëliërs in februari 1953 vermoordden een 13-jarige jongen uit al-Burg.

De stapsgewijze kindermoord wordt soms vervangen door het intensiever vermoorden van kinderen. Tijdens de Eerste Intifada werd volgens de vereniging van Israëlische en Palestijnse artsen voor de mensenrechten elke twee weken een kind onder de zes jaar door het hoofd geschoten door het Israëlische leger.

Tijdens de Tweede Intifada werden 600 Palestijnse kinderen vermoord. Onder hen de 12-jarige Muhammad al-Dura, de 14-jarige Fairs Odeh en de 11-jarige Khalil al-Mughrabi. Vijfduizend kinderen raakten gewond. In 2007 doodde de Israëlische luchtmacht 8 kinderen van de familie Shehadeh in Gaza.

Bij de eerste aanvalsgolf op Gaza in 2008 kwamen meer dan 300 kinderen om, en nog eens 30 in 2012. En het hoogste aantal doden werd geregistreerd in 2014, met meer dan 550 kinderen. Anders gezegd, sinds 2000 werden 2.250 Palestijnse kinderen gedood door het Israëlische leger en de veiligheidstroepen. Dit zou in Groot-Brittannië overeen komen met het sinds 2000 vermoorden van bijna 45.000 kinderen door een militaire of politiemacht.

Ten minste 2.377 Palestijnse kinderen en 137 Israëlische kinderen zijn sinds 2000 gedood door iemand van de andere kant.
Ten minste 2.377 Palestijnse kinderen en 137 Israëlische kinderen zijn gedood door iemand van de andere kant sinds 2000. 

Waarom is het zo belangrijk om deze grimmige en gruwelijke gegevens te registreren en de juridische en morele betekenis ervan duidelijk te definiëren? Om een paar redenen. Ten eerste, het feit dat alleen hier, op een alternatieve mediakanaal, kennis te nemen valt van deze wreedheden, is een indicatie van de hypocrisie van de westerse media en politieke elite als het gaat om Palestina, in vergelijking met het mededogen dat wordt getoond met kinderen in Oekraïne of Iran.

Ten tweede benadrukken deze cijfers de existentiële bedreiging die het zionisme en Israël nog steeds vormen voor het Palestijnse volk en zijn toekomst. Israël is niet alleen uit op land, maar ook op de verdere vernietiging van het volk zelf.

Maar het allerbelangrijkste is de ergerlijke uitsluiting van Palestina uit de internationale discussie over massamoorden in het algemeen en die op kinderen in het bijzonder. Neem bijvoorbeeld de internationale definitie van massamoord. Het wordt gedefinieerd als:

“De opzettelijke acties van gewapende groepen, met inbegrip van maar niet beperkt tot staatsveiligheidstroepen…die resulteren in de dood van ten minste 1000 niet-strijdende burgers die het doelwit zijn van een specifieke groep gedurende een periode van één jaar of minder.”

In de Eerste en Tweede Intifada, in 2009 en in 2014, lag het aantal door Israël gedode Palestijnen ver boven de duizend. Nergens in de VN of een andere mensenrechtenorganisatie die wereldwijd massamoorden registreert, komen de Palestijnen als casus voor.

Het gaat natuurlijk niet om aantallen, maar veel meer om de ideologie die dergelijke massamoorden mogelijk maakt; een soort onmenselijkheid die alleen mogelijk is als de mensen die je als doelwit hebt ontmenselijkt zijn. Een ideologie die in veel gevallen leidt tot genocidaal beleid. De definitie van genocide volgens artikel 2 van het VN-handvest over genocide omvat massamoord, lichamelijk en geestelijk letsel en fysieke desertie als indicatoren van dergelijk beleid.

Jana Zakarneh was 16 jaar toen ze zondagnacht 11 december vermoord werd door Israëlische troepen in Jenin. Ze zocht haar kat. Ze kreeg rwee kogels in de borst, twee in het hoofd – foto: via sociale media)(Foto: via Sociale Media)
Jana Zakarneh was 16 jaar toen ze zondagnacht 11 december vermoord werd door Israëlische troepen in Jenin. Ze zocht haar kat. Ze kreeg rwee kogels in de borst, twee in het hoofd – foto: via sociale media)(Foto: via Sociale Media)

In Hebron op de Westelijke Jordaanoever, zijn Palestijnse kinderen omgekomen bij een brand in hun huis nadat Israëlische troepen hadden verhinderd dat de brandweer hen op tijd kon bereiken.
Palestijnse kinderen kwamen om bij een brand in hun huis nadat Israëlische troepen verhinderden dat de brandweer hen tijdig kon bereiken in Hebron, Westelijke Jordaanoever, maart 2019. 

In het verslag van de speciale vertegenwoordiger van de secretaris-generaal van oktober 2009, dat in november 2013 is bijgewerkt, worden zes ernstige schendingen van het internationaal recht inzake mensenrechten genoemd met betrekking tot de rechten van kinderen in gewapende conflicten. Er is geen gewapend conflict in Palestina en toch komen drie van deze ernstige schendingen dagelijks voor op de gekoloniseerde Westelijke Jordaanoever en af en toe massaal in de belegerde Gazastrook.

Het doden en verminken van kinderen, aanvallen op scholen en ziekenhuizen, en het ontzeggen van humanitaire toegang. Sommige van de Israëlische beleidsmaatregelen die tijdens het beleg van Gaza zijn genomen, in de zin van het ontzeggen van voedsel, energie en vooral medische hulp, vormen een criterium op zich dat aan dit document had moeten worden toegevoegd.

In augustus van dit jaar heeft Michelle Bachelet, voorzitter van de VN-mensenrechten, haar verontrusting uitgesproken over het grote aantal Palestijnen, waaronder kinderen, dat sinds begin 2022 in de bezette Palestijnse gebieden is vermoord en gewond. Zij verwees naar het ombrengen van 37 kinderen vanaf het begin van het jaar tot die augustus en was vooral geschokt door het feit dat in één week tijd 19 kinderen werden vermoord. Ze verklaarde:

“Het kwetsen van een kind tijdens een conflict is diep verontrustend, en het doden en verminken van zoveel kinderen dit jaar is gewetenloos.”

Als vader zou ik een sterker woord hebben gebruikt dan “gewetenloos”. Maar ik zal er genoegen mee nemen als de Israëlische massamoord op Palestijnse kinderen niet meer wordt ontkend of gemarginaliseerd en als dringend onderwerp opduikt op de plaatsen waar de internationale gemeenschap de ernstigste schendingen van de mensenrechten in onze tijd bespreekt, en daarnaar handelt.


Het originele artikel “Israel’s Relentless War against the Children of Palestine vind je terug op Palestine Chronicle. De vertaling werd verzorgd door Plutopia.

De standpunten in dit artikel zijn uitsluitend die van de auteur en kunnen al dan niet een weergave zijn van de standpunten van Plutopia.be

Auteur

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here