Terwijl in Gaza een fysieke genocide plaatsvind, woedt er op de Westelijke Jordaanoever een economische genocide

Jenin, na de terugtrekking van het Israëlische leger op 23 mei.
Jenin, na de terugtrekking van het Israëlische leger op 23 mei.

De wereld wordt in beslag genomen door de afschuwelijke genocide op de bezette Gazastrook. Ondertussen vermoordt Israël op de bezette Westelijke Jordaanoever honderden Palestijnen, annexeert het er nog meer land en wurgt het het gebied economisch.

Op 22 mei, na de uitspraken van het Internationaal Gerechtshof tegen Israël en de erkenning van Palestina door drie Europese landen, nam de extreemrechtse Israëlische minister van Financiën Bezalel Smotrich “harde strafmaatregelen” tegen de Palestijnse Autoriteit. Een van deze maatregelen was het blokkeren van de overdracht van belastinginkomsten die door Israël namens de PA werden geïnd, wat kan leiden tot de ineenstorting van de autoriteit.

Sinds haar oprichting onder de Oslo-akkoorden van 1993 is de PA beperkt door politieke, veiligheids- en economische akkoorden die door Israël en zijn bondgenoten zijn opgelegd. Een van de belangrijkste is het Akkoord van Parijs van 1994, dat tijdelijk zou zijn voor vijf jaar. Het legde de afhankelijkheid van

Terwijl de wereld in beslag wordt genomen door de afschuwelijke genocide in de bezette Gazastrook, vermoordt Israël op de bezette Westelijke Jordaanoever honderden Palestijnen, annexeert het er nog meer land en wurgt het het gebied economisch.

In wezen integreerde de overeenkomst de Palestijnse economie in die van Israël door middel van een douane-unie, waarbij Israël de controle had over alle grenzen, zowel zijn eigen grenzen als die van de Palestijnse Autoriteit. Dit betekent dat Palestina geen onafhankelijke toegang heeft tot de wereldeconomie.

Volgens de overeenkomst is de Israëlische regering verantwoordelijk voor het innen van belastingen op goederen die worden geïmporteerd naar de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook, die ze overmaakt aan de schatkist van de Palestijnse Autoriteit in ruil voor drie procent commissie.

Aangenomen wordt dat dit geld soepel naar de PA wordt overgemaakt met een gemiddelde van 190 tot 220 miljoen Amerikaanse dollar per maand. De PA vertrouwt op deze fondsen om de salarissen van haar werknemers te betalen en haar verplichtingen na te komen voor de lopende uitgaven van haar instellingen.

De beslissing van Smotrich is niet de eerste die de Israëlische regering neemt tegen de PA en de Palestijnse economie in het algemeen. Het is een uitbreiding van een reeks afgekondigde en niet afgekondigde stappen om de autoriteit te ondermijnen. Dit komt omdat de PA een potentiële regering van een toekomstige Palestijnse staat vertegenwoordigt waar opeenvolgende Israëlische regeringen altijd tegen zijn geweest, of ze nu rechts of links waren.

De overdrachten zijn geblokkeerd onder vele voorwendselen, waaronder het straffen van de PA voor elke politieke stap die het neemt, zoals bijvoorbeeld de toetreding tot het Internationaal Strafhof in 2015. De bezettingsstaat heeft inderdaad sinds 2019 systematisch een deel van de fondsen ingehouden, onder het voorwendsel dat de PA uitkeringen betaalt aan de families van Palestijnse gevangenen en martelaren, wat Israël omschrijft als “steun voor terrorisme”.

Sinds 7 oktober heeft de Israëlische bezettingsregering ook het bedrag dat de PA normaal betaalt voor haar instellingen in de Gazastrook, wat neerkomt op ongeveer 75 miljoen dollar per maand, afgetrokken van de belastinginkomsten, wat leidt tot een grote economische crisis. Het is duidelijk dat Israël de Westelijke Jordaanoever volledig wil scheiden van Gaza, hoewel beide bezette Palestijnse gebieden zijn en deel uitmaken van de nagestreefde onafhankelijke staat Palestina.

In september vorig jaar kondigde de Palestijnse minister van Financiën Shukri Bishara aan dat Israël 800 miljoen dollar achterhield van de PA. Volgens gegevens van het ministerie van Financiën in Ramallah vorige maand, bedroeg het totale bedrag aan belastinginkomsten dat toen door Israël werd ingehouden 1,6 miljard dollar, wat overeenkomt met 25-30 procent van de totale jaarlijkse begroting van de PA.

Dit heeft geleid tot een ongekend financieel tekort in de schatkist van de PA, waardoor haar vermogen om basisdiensten te verlenen zoals gezondheidszorg, onderwijs en veiligheid in gevaar komt en de salarissen van ambtenaren die al jaren gedeeltelijke salarissen ontvangen, uitbetaald moeten worden. Door deze inhoudingen is de Palestijnse regering sinds november 2021 in feite niet in staat geweest om de volledige lonen van haar werknemers te betalen. Tot het uitbreken van de oorlog tegen de Palestijnen in Gaza had ze zich ertoe verbonden om 80-85 procent van de lonen te betalen. Dit percentage is de afgelopen twee maanden geleidelijk gedaald tot 50 procent. Overheidsambtenaren zijn nu niet in staat om hun maandelijkse financiële verplichtingen aan banken en scholen te betalen.

Palestijnse overheidsinstellingen hebben hun werktijden ingekort om geld te besparen, wat heeft geleid tot een vermindering van de dienstverlening, met name de gezondheidszorg en het onderwijs op scholen en universiteiten. Onderwijs wordt meestal online gegeven.

Palestijnse ambtenaren hebben sinds 2021 geen volledig salaris meer ontvangen en de totale achterstallige betalingen zijn gelijk aan zes maanden volledig salaris. Gezamenlijk komt dit neer op ongeveer 750 miljoen dollar, naast de schulden aan de particuliere sector van 800 miljoen dollar, wat grote gevolgen heeft gehad voor particuliere ziekenhuizen en farmaceutische bedrijven. De particuliere commerciële en dienstensector is verlamd omdat ze niet aan hun eigen financiële verplichtingen kunnen voldoen en hun koopkracht voor goederen en diensten is afgenomen.

Naast de overheidsuitgaven, met name de salarissen van 147.000 ambtenaren, steunt de Palestijnse economie op twee andere pijlers die sinds 7 oktober ernstige schade hebben opgelopen: de Israëlische arbeidsmarkt en de particuliere sector. Israël heeft Palestijnse werknemers de toegang tot de bezettingsstaat ontzegd, waardoor 200.000 van hen hun enige of belangrijkste bron van inkomsten zijn kwijtgeraakt en werkloos zijn.

Dit heeft op zijn beurt de koopkracht van Palestijnse gezinnen verminderd, wat een domino-effect heeft gehad op particuliere bedrijven en de werkloosheid heeft doen toenemen. Naar schatting 500.000 Palestijnen zijn nu werkloos op de bezette Westelijke Jordaanoever omdat duizenden banen verloren zijn gegaan.

De afnemende financiële steun van Arabische staten voor de PA heeft de situatie nog verergerd. Bovendien heeft de Autoriteit haar kredietlimiet bij de banken bereikt, waardoor het nog moeilijker is geworden om de salarissen van de werknemers te betalen.

Dit alles heeft geleid tot een bijna verlamming van de Palestijnse economie en grote druk op gewone burgers die geen werk meer kunnen vinden en weinig of geen spaargeld hebben om in de eerste levensbehoeften te voorzien. Dit dreigt grote sociale, politieke en economische crises te veroorzaken.

Bovenop dit alles komt nog het feit dat Israël sinds oktober meer dan 500 Palestijnen heeft vermoord op de Westelijke Jordaanoever en 9.000 mensen heeft gearresteerd, de meesten zonder aanklacht of proces. In vluchtelingenkampen en steden in het bezette gebied is vitale infrastructuur vernietigd in vicieuze daden van collectieve bestraffing, gericht op het ondermijnen van legitieme anti-bezettingsactiviteiten.

Wij Palestijnen op de bezette Westelijke Jordaanoever schamen ons om over onze benarde situatie te praten vanwege de gruwel van de ongekende genocide die voor onze ogen plaatsvindt in Gaza. We zwijgen liever om de aandacht niet af te leiden van wat daar gebeurt.

We begrijpen dat Israël Gaza wil afscheiden van de Westelijke Jordaanoever om elke vorm van solidariteit binnen een verenigde Palestijnse samenleving uit te roeien. Het is een feit dat wij op de Westelijke Jordaanoever liever verhongeren samen met onze broeders in de Gazastrook dan dat we zien dat de Palestijnse Autoriteit stopt met het nakomen van haar verplichtingen tegenover hen en tegenover de families van de martelaren en de gewonden.


Het originele artikel “While Gaza suffers physical genocide, the West Bank faces economic genocide” werd gepubliceerd in Middle East Monitor, een non-profit persorganisatie dat zich voornamelijk richt op het Israëlisch-Palestijns conflict. MEMO wordt gefinancierd door Qatar. Het artikel werd met toelating vertaald door Francis J.

De standpunten in dit artikel zijn uitsluitend die van de auteur en kunnen al dan niet een weergave zijn van de standpunten van Plutopia.be

Auteur

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here